woensdag 21 december 2016

Notitie #248



‘Art must be beautiful’, zegt Marina Abramovic terwijl ze haar haren nogal agressief en pijnlijk borstelt: ‘Artist must be beautiful’. Dat is een eis waar de kunstenaar, althans voor de duur van de performance, aan lijkt te willen voldoen. 

De kunstenaar is het kunstwerk. Al vrij snel laat Abramovic de verwijzing naar de ‘artist’ achterwege. Maar de performance bestaat eruit dat de kunstenaar zichzelf mooi wil maken. De regel 'Art must be beautiful', en de handeling, impliceert dat kunst iets is dat mooi gemaakt moet worden: ze is dat dus niet van nature. Maar juist door de poging haar mooi te maken, wordt de kunst (de vrouw, het leven) geweld aangedaan. Of, beter gezegd: door de eis dat kunst (de vrouw, het leven) mooi moet zijn.

Dat is, ironisch genoeg, de schoonheid van deze performance. Al zou je kunnen zeggen dat die schoonheid enigszins wordt ontkracht door de theatrale uitvoering. Of is het een trance? Dat hangt helemaal af van in hoeverre de toeschouwer bereid is met Abramovic mee te gaan. De theatraliteit van de performance is de poëzie ervan.

zaterdag 10 december 2016

Notitie #247

'"Waarom is [Nietzsche] bang voor de democratie? [...] Ik citeer [...]: "Om over een brede, diepe en vruchtbare bodem voor kunstzinnige vorming te kunnen beschikken, moet de overgrote meerderheid in dienst van een minderheid, boven  hun dosis individuele behoeftigheid uit, slaafs aan de nooddruft van het leven onderworpen zijn.' Als wetenschap en kennis zich onder zulke mensen verbreiden, zal dat, vreest Nietzsche, tot een ontstellende, cultuurverwoestende opstand leiden, want de 'barbaarse slavenstand zal niet alleen voor zichzelf, maar voor alle voorgaande generaties wraak nemen'."

Bovenstaand citaat van Safranski over Nietzsche doet profetisch aan. In gesprek met B. en JvL vorige week, over de opkomst van het populisme, poneerde ik, geïnspireerd door dit citaat, dat het probleem niet is dat de elite niet voldoende luistert naar de massa, maar dat de elite onvoldoende elitair is. Ze is haar geloofwaardigheid kwijt.

Dat klopt bij nader inzien maar heel gedeeltelijk. De hedendaagse democratie is zo ingericht dat de elite enerzijds en de massa anderzijds elkaar in evenwicht houden. Wat bij de opkomst van het populisme misgaat, is een complex aan factoren, waar de individualisering, de leeftijd van de babyboom-generatie, het internettijdperk en de overbevolking er slechts enkele van zijn. Deze samenloop van omstandigheden vind ik, ook al vanwege het verdwijnen van de herinnering aan de Tweede Wereldoorlog, heel zorgwekkend.

Het citaat van Safranski gaat een eindje verder door: "Waarom merkt Nietzsche de overduidelijk cynische pointe van deze gedachtegang niet op? Waarschijnlijk omdat hij ervan overtuigd is dat de cultuurscheppende elite - als zij echt de elite is die zij voorgeeft te zijn - toch ook lijdt aan de wreedheid van het bestaan, en alleen in dit tragische besef het scherm van de kunst optrekt."

Hier lijkt het gedachtegoed van Nietzsche juist hopeloos achterhaald. Kunst is allang niet meer een scherm tegen de wreedheid van het bestaan. Ik zou zeggen: integendeel. De rol van kunst is in dit opzicht overgenomen door het entertainment van de massa. Het besef van de wreedheid van het bestaan speelt hierbij alleen onbewust een rol - en wordt niet meer geaccepteerd. Precies dat leidt volgens mij tot die 'cultuurverwoestende opstand'.